Zeik Wijf

Oké ik snurk ’s nachts een beetje

Geef toe laat ook wel is een wind

En knarsetanden tja ik heb het meer gehoord

Maar ik dacht: Ik ben toch je vrind.

Ach ik drink wel eens een wijntje

Meestal maar een fles of twee

En daar nog een klein cognacje achteraan

Jij maar zeuren: Pis toch is in de plee.

Ga wel is vreemd niet echt veel

Maak daarna altijd het bed weer voor je schoon

Ben nooit beroerd het dan nog een keer met jou te doen

En nu wil je weg, is dat dan m’n verdiende loon.

Ik snap jou echt niet hoor

Vind het echt een tering streek

Ondankbaar stuk stront dat je bent

Ik was voor jou toch een geweldige vent.