De Majorette.

Zij was majorette, marcheerde als een stokkeman vlak vooraan. Ik besloeg de pauk met veel tam tam, en rende daar meestal achteraan. Het sierlijk twirlen van de baton kunstig hoog gejongleerd. Ik sloeg de maat heel strak en krachtig zeer gedisciplineerd. Soms was ik wat recalcitrant voerde het tempo op tot grote hoogte. En was […]

De mens.

De een maakt foto’s van een vlinder of van zichzelf, praktisch bloot. Een ander zit eenzaam en alleen te creperen op zijn eiland, bijna dood. Zij drinkt twee flessen wijn uit genot of van diepe wanhoop, pure nood. Ik mis mijn vriend maar dat is mijn eigen schuld, heb ik zelf verkloot. Ze zijn er […]

Kleurwilg.

Kleurwilg. Lopend langs het paddenpad hoorde ik een treurwilg lachen en bleef staan, een treurwilg die lacht dat is toch niet gewoon. Hoort een treurwilg niet te treuren in zijn miserabel chagrijnige bestaan, dat is toch immers de taak van deze treurige boom. ‘ Waarom lacht u? Vroeg ik laconiek. ‘ U heeft toch niets […]