Het word een bjoetifoel dee

s’Ochtens vroeg als de meeste nog op hun nest liggen te stinken. Als de haan kukelt net voordat hij zijn hennen gaat beminnen. De vogels en de kikkers alvast een prachtige dag gaan bezingen. Dan zit ik in de halle en laat opgelucht iets valle in de hoop dat het zal bezinken.

Stil.

Voor even is er geen vuiltje aan de lucht. Een streeploze hemel als een leeg koninkrijk. Alle vliegtuigen lijken wel op de vlucht. Voor dees contreien een zalige zeldzaamheid. Is er niemand die landen of stijgen moet? Het gehele luchtruim lijkt wel op slot. Als het maar niet is wat ik vermoed. De gekheid van […]

De schoonheid van de leugen.

Als ik je mis. Wanneer ik morgen doodga, vertel dan aan de bomen hoeveel ik van je hield. Vertel het aan de wind, die in de bomen klimt of uit de takken valt hoeveel ik van je hield. Vertel het aan een kind, dat jong genoeg is om het te begrijpen. Vertel het aan een […]

Midzomernacht.

Het is midzomernacht, de wind is fluisterstil. De vette kikkers kwaken luidruchtig op hun eigen dril. Het vuurtje knettert zachtjes, de zoete wijn smaakt vol en zwoel. Ik zeg. ‘Ik hou van jou.’ Jij zegt. ‘Hou toch je smoel.’ Het is midzomernacht, de wind wakkert aan. Ik hoor gerommel en gedonder hier ergens ver vandaan. […]

Loze beloftes.

Ik kuste de tranen in jou hand waarmee ik mijzelf had vergift Beet in het verstikkende stof wat jij argeloos van je afsloeg Bewandelde duistere stegen die mij dikwijls het angst aanjoeg Enkel om de loze beloftes die ik mijzelf in het hoofd had gegrift.

Voor de levende.

Voor de levende. De enige zekerheid van het leven is de eeuwige lange lange dood Het is ook niet het gene waar een levende erg warm voor loopt Want de dood duurt lang, is saai, begraven onder een vette kluit Zelfs ontdekkingsreizigers stellen deze reis zo lang mogelijk uit. Maar wat kunnen sommige toch verloren […]

Zomaar langs de weg. Wat een kleine tietjes. Wat een grote sjaal. Wat een dikke auto Tis toch niet normaal. Wat een scheef gezicht En wat een vieze lucht Wat een lief klein hondje T’is bijna net een klucht. Bent u iets vergeten? Kind loop toch eens door Als u daar naar binnen gaat Doe […]

Rivier.

Het leven is niet als een trein die maar eindeloos over rails dendert van A naar B Maar meer een rivier die zich door het dal naar beneden slingert tot aan de zee. Je kunt wel roepen dat je op het juiste spoor zit, voor je ligt de toekomst open. Daar heb je niets aan […]

De Majorette.

Zij was majorette, marcheerde als een stokkeman vlak vooraan. Ik besloeg de pauk met veel tam tam, en rende daar meestal achteraan. Het sierlijk twirlen van de baton kunstig hoog gejongleerd. Ik sloeg de maat heel strak en krachtig zeer gedisciplineerd. Soms was ik wat recalcitrant voerde het tempo op tot grote hoogte. En was […]

De mens.

De een maakt foto’s van een vlinder of van zichzelf, praktisch bloot. Een ander zit eenzaam en alleen te creperen op zijn eiland, bijna dood. Zij drinkt twee flessen wijn uit genot of van diepe wanhoop, pure nood. Ik mis mijn vriend maar dat is mijn eigen schuld, heb ik zelf verkloot. Ze zijn er […]