De Contrabas.

logo

De Contrabas.
Wat baalde Gregorius Balthazar toen hij in de middag, een kleine beetje beschonken
van de wodka – wat volgens dirigent Patruska goed was tegen de koorts – met zijn
contrabas en al van het podium af lazerde. Een scheur in zijn toch al haveloze pak,
zijn enkel dik en pijnlijk. Het ergste was echter de barst in zijn contrabas. Hoe moest
hij nu in godsnaam vanavond De Doelen verwennen met zijn zoete, diepe basklan-
ken? Hoe moest het überhaupt verder met dit armlastige gezelschap? Geld om fatsoen-
lijk gekleed te gaan of voor een beetje een lekkere maaltijd was er amper. Dit Russisch
ensemble  leek dan ook vooral op een dood paard voor de wagen, dat verzakt in de
modder stond.
Ten einde raad belde Vlijmerjikja Patruska mij, met de vraag of ik in godsnaam nog
iemand wist in het bezit van een bassie, die hem even kon missen voor vanavond.
Ik vertelde Vlijmerjikja dat ik net een aardig dingetje had ingekocht waar ik van
plan was de zaag in te zetten. Een Chinese kopij, maar zeker niet onaardig.
En zo reed ik even later naar De Doelen met de contrabas en een grote tas vol chinees
eten. Het gezelschap at er heerlijk van en Gregorius beroerde later met veel genoegen
de snaren van de verse contrabas. Zoals een puberjongen voor het eerst de borstjes
van zijn vriendin. Hij was er zo mee in zijn nopjes dat ik besloot dat hij haar mocht
gebruiken zolang hij wilde. Als dank werd ik door alle muzikanten, inclusief het vol-
tallige koor, op beide wangen gekust en was ik de eregast van deze avond.
Met genoegen zat ik naar een prachtige uitvoering  van de Carmina Burana te luis-
teren, maar nog meer te genoot ik van het gelukzalige smoelwerk van Gregorius, die
de bas liet grommen als de beren onder het paleis van de Tsaar.
Na afloop vroeg ik wat er met zijn kapotte bas moest gebeuren.
“Voor mijn part maak je er schemerlamp van!”
Het is uiteindelijk een wandkastje geworden voor cd’s, boeken of wat dan ook…
Maar ik denk dat Gregorius daar wel mee kan leven.